't Joppe (Gorssel)

Op deze pagina vindt u informatie over 't Joppe.

Ligging

Aan de Joppelaan 110 te Joppe

Ontstaan

Een eerste vermelding van een landgoed vinden we in 1565 als gesproken wordt over "Lubbert van Cuenres goet" te Gorssel

Geschiedenis

Van deze Lubbert van Cuenre, Cuinre, Cuynre of Cuynder, want de naam wordt op verschillende manieren geschreven, is bekend dat hij in de tweede helft van de zestiende eeuw "die Nijelanden" onder Gorssel liet ontginnen. In 1608 is het goed bekend onder de naam "Jobstede of Nieulant" en ook de naam "Jopster" komt voor. In deze Nijelanden zullen we de kern van het latere landgoed
't Joppe  moeten zien. Waar de naam vandaan komt, is niet bekend. Was de grond zo slecht en kostte het ontginnen de bezitter zoveel dat hij arm als Job is geworden?
Niet alleen is de naamsafleiding onduidelijk, ook met de eerste eigenaren is het een tamelijk ondoorzichtige bedoening. Zeker is dat Goosen Kremer in 1617 eigenaar is en dat en dat men hem er van verdacht zijn grondgebied te willen vergroten door de grensloten te verleggen en aldus wat markegronden in te pikken.
De Deventer burgemeester Jan van Suchtelen is in 1673 eigenaar van het landgoed en hij wordt opgevolgd door zijn zoon Willem, luitenant te paard, die in 1704 overleed.
Vermoedelijk liet Willem het landgoed na aan zijn zuster Vreda, die in 1676 getrouwd was met Hendrik van Markel, die eveneens burgemeester van Deventer was. Slechts de jongste dochter trad in het huwelijk en wel met Arnold Bouwer, die, om het wat eentonig te maken, ook weer burgemeester van Deventer was. Dit echtpaar zal omstreeks 1740 het tegenwoordige huis hebben laten bouwen, waarschijnlijk met gebruikmaking van het oude huis dat daar reeds stond.
Zij lieten het landgoed na aan hun zoon Mr.Hendrik Frederik Bouwer en u raadt het al, ook die was burgemeester van Deventer. Die trouwde na zijn scheiding van Antonetta Gesina Jordens met Harmanna van Suchtelen. U ziet, het blijft allemaal in de familie. Hun zoon Arnold Hendrik van Markel Bouwer zal de laatste van zijn geslacht op het Joppe zijn.
Zijn weduwe, Sophia Adriana Everdina barones van Heeckeren verkocht het in 1826 aan een speculant, Lukas Binkhorst, die het Joppe zo'n anderhalf jaar later verkocht aan de schoonzoon van de dichter Staring van den Wildenborch, Dr.Antonie Brants.
Vele jaren heeft hij daar gewoond. Uit zijn drie huwelijken had hij maar liefst twaalf kinderen, waarvan er overigens twee doodgeboren waren. wanneer hij in 1862 op het Joppe overlijdt, zijn er zoveel erfgenamen dat men moet besluiten tot verkoop.
Koper van het landgoed werden de minderjarige Otto, Clemens en Frans baronnen van Hövel tot Westervlier en Weezeveld en het was uiteindelijk de jongste, Frans Ernst Alexander, die zich hier zou vestigen. Het verhaal gaat dat hij niet erg goed kon opschieten met zijn stiefvader.
Hij was het ook, die in 1867 de Rooms-Katholieke kerk bij het landhuis liet bouwen, om niet altijd naar Zutphen ter kerke te moeten gaan.
De huidige eigenaren zijn de erven van zijn kleindochter, Lidia Félicie Marie Jonkvrouwe von Heyden die op 27 maart 2011, op 80-jarige leeftijd, te Joppe overleed. Zij was de weduwe van Ernest Paul de Maes Janssens.
Dicht bij het huis bevindt zich een berceau, een looftunnel van haagbeuken, die helaas niet te bezichtigen is.

Eigenaar/Bewoners

 

Huidige doeleinden

Privé bewoning

Toegankelijk

Landgoed is overdag vrij toegankelijk, direct omgeving van het huis niet
Foto's
Bronnen Jan Harenberg -  "Eens bolwerk van de adel, kastelen en landhuizen in de Achterhoek en Liemers"