Swanenburg (Genderingen)

Op deze pagina vindt u informatie over Swanenburg.

Ligging

Links van de weg in een weiland van Genderingen richting kasteel Landfort

Ontstaan

 

Geschiedenis

"Swaanenburg was per rijtuig spoedig bereikt. 'Mogen we erop?' vroeg Jo. 'Welzeker, het is onbewoond, en al voor afbraak verkocht.' 'Wat een zonde! Zoo'n mooi gebouw!' 'Ja, maar kijk het eens van achteren, daar is het niet zoo mooi.'
Een loopje over 't grasveld om het kasteel heen, en ze zagen daar binnen in 't slot, de gangen, trappen, en trapportalen. Groote stukken muur waren omlaag gestort en vormden hoopen puin.".
Zo zag de bekende pedagoog Jan Ligthart het kasteel in 1900.
Tussen Genderingen en het kasteel Landfort, links van de weg, vinden we de uiterst schamele resten van de Swanenburg.
Al in 1272 komen we een Lubbert van Swanen tegen en het kasteel zal ongetwijfeld naar zijn familie zijn genoemd, een familie waarvan verder overigens niets bekend is en evenmin is ons overleverd, hoe en wanneer het kasteel van eigenaar veranderd is. In 1333 wordt Willem van Ulft genoemd, zoon van Evert van Hekeren en Christina van Ulft. Bij de oude Van Hekeren's was het vrij gebruikelijk om zich te noemen naar een aangetrouwd of geërfd goed en in dit geval ging de zoon zich Van Ulft noemen.
Willem is  vermoedelijk al bezitter, maar zijn zoon Evert van Ulft genaamd Van den Swanenborch, is dat zeker geweest. Zijn erven verkopen het kasteel in 1411 aan Reynald van Aeswyn.
Van de Van Aeswyn's vererft het door huwelijk in 1462 op de Van Raesfelt's en op dezelfde wijze gaat het in 1627 over op het geslacht Vijgh. Karel, de laatste Vijgh, liet zijn weduwe Hester Jacomine van Welderen geen kinderen maar wel een berg schulden na. Zij overleed in 1723 en liet de Swanenburg na aan haar neef Karel van Lynden. Tot dusver was het kasteel jaren lang verhuurd en het vertoonde zich toen nog als een middeleeuwse burcht met grachten, torens en poort. Van Lynden betrok het slot, na het wat gemoderniseerd te hebben. Zijn schoondochter verkocht het in 1805 aan Mr. Johannes Nepomucenus Hoevel, administrateur van het Huis Bergh. Die moet heel goed geboerd hebben, want de Swanenburg was het vierde kasteel dat hij kocht. Hij betrok het met zijn derde echtgenote, Adriana Van Wambeke. Tevoren had hij Empire ramen laten aanbrengen, de ringmuur en de poort laten slopen en de gracht laten dempen.
Zijn dochter Christina Josepha Maria, in 1827 gehuwd Jhr.Mr. Carel Everhardus Josephus Maria van Nispen tot Pannerden, erfde de Swanenburg. Ook dit echtpaar bewoonde het kasteel niet. Het werd verhuurd; onder meer is het een tijd lang klooster geweest voor Duitse nonnen die hun land verlaten hadden vanwege de Kulturkampf. Na hun vertrek in 1882 stond het kasteel leeg. De erfgenamen van hun in 1899 overleden zoon Franciscus Xaverius Jacobus brachten het landgoed in 1900 in veiling, waarbij de koper van de ondergrond het recht had om de opstal van het kasteel te naasten. Helaas gebeurde dit niet, de koper, de familie Mey was het uitsluitend te doen om het terrein om daar een boerenbedrijf te beginnen.
Eén der bijgebouwen werd geschikt gemaakt tot boerderij en een torentje van de voorburcht overleefde de afbraak. De volgende eigenaar, de familie Meynen, had zo mogelijk nog minder op met de oudheid en zo verdween vrijwel alles wat nog stond, zodat nu nog slechts een pover restant van die toren over is.
Zelfs dit restant zal binnenkort niet meer bestaan daar koeien vrij spel hebben om over de laatste restanten van de toren heen te lopen.

Eigenaar/Bewoners

Familie Meynen

Huidige doeleinden

Ruïne

Toegankelijk

Het terrein is niet toegankelijk voor het publiek
Foto's
Bronnen Jan Harenberg - "Eens bolwerk van de adel, kastelen en landhuizen in de Achterhoek en Liemers" (1999)
Wilfried Ahoud - "Kastelen in Gelderland" blz.390-391 (2013)